Alle honden welkom

Honden zijn heel verschilllend in aanpak. Sommige honden moeten gekamd worden en/of geknipt, andere honden worden geplukt. Wat is nu eigenlijk het verschil? Wanneer doe je het een, wanneer het ander? Hieronder vindt u een kleine uitleg.

Knippen en/of scheren is het meest bekend en wordt toegepast bij honden met doorgroeiende haren. Sommige honden worden alleen geknipt terwijl bij andere een combinatie van knippen en scheren (met de tondeuse) wordt toegepast. De poedel is een goed voorbeeld van de combinatie knippen en scheren. 

Plukken is het met de hand verwijderen van het loszittende dode haar. Honden met een ruwe vacht worden op deze manier van hun dode haar verlost. Dit haar valt niet vanzelf uit en moet op tijd verwijderd worden. Als dit niet op tijd gebeurt kunnen sommige honden erg last krijgen van jeuk door de loszittende dode haren. Het is echter niet goed om te vroeg naar de trimsalon te komen voor de plukbeurt. Dan zit het haar nog niet los genoeg en kan het nog niet geplukt worden.

De vachtsoort bestaat uit twee lagen waarbij de bovenste laag (het dekhaar) eruit wordt geplukt. De onderste laag (onderwol) zal blijven zitten. Een ruwharige vacht met een schaar of tondeuse behandelen levert een enorme verandering in structuur van de vacht op. Deze verandering treedt vaak na één verkeerde behandeling al op en is zeer moeilijk of niet te herstellen. Bovendien blijven de dode haren (het dekhaar) zitten en kunnen huidproblemen veroorzaken.

Voorbeelden van honden die geplukt moeten worden: ruigharige tekkels, bouviers of Ierse terriërs. 

Plukken is dus eigenlijk het tegenovergestelde van ontwollen: ontwollen is het verwijderen van de onderwol bij de hond (terwijl bij plukken deze laag zal blijven zitten). Ontwollen gebeurt bijvoorbeeld bij de Labrador, Newfoundlander, Duitse herder en alle andere rassen met een stokhaarvacht. Bij deze vachtsoort vindt 2 keer per jaar een rui plaats waarbij de onderwol loslaat. Het beste is om in één keer alle onderwol eruit te borstelen en daarna de vacht een aantal weken met rust te laten. Een borstel- en wasbeurt in de trimsalon kan de hond sneller door de rui heen helpen. 

TIPS

• Laat uw hond goed uit voor u hem naar de trimsalon brengt. De behandeling zal enige tijd in beslag nemen en het is vervelend als de hond zijn behoefte zolang op moet houden.
• Probeer uw hond zo droog mogelijk naar de trimsalon te brengen aangezien een natte vacht niet behandelbaar is.
• Overleg eerst wanneer u van plan bent uw hond voor zijn trimbeurt in bad te stoppen. Veel vachten zijn namelijk moeilijk te behandelen na een wasbeurt.
• Indien uw hond een medische afwijking heeft en/of een besmettelijke aandoening (kennelhoest, ringworm e.d.) en/of loops is, wil ik dat graag van tevoren weten.
• Breng de hond altijd aan de lijn.
• Breng uw hond nooit met een volle maag.
• Tenslotte nog het verzoek uw hond vrij van vlooien te brengen. Er zijn goede bestrijdingsmiddelen en het is een sprookje dat elke hond vlooien heeft. 
• Uw hond kan wel moe zijn van de trimbeurt, dus maak erna geen lange wandeling maar laat de hond lekker tot rust komen. 
• Graag van tevoren melden als de hond loops is of ziekte/huidaandoening heeft. Dit zodat ik  hier rekening mee kan houden.